. De flora van Nederland. Pflanzen. FAMILIE 109. - COMPOSITAE. - 359. Erigeron acer Abb. 436. Eine een bloemhoofdje. M Hoog, ist sterk vertakt, De takken Dragen ieder Rackinstallation 1 iioofdje. Deze vormen Samen een Losse, onregelmatig scliermvormige pluim. De hoofdjes zijn vrij Groot, zij hebben een bijna rolrond, Zacht behaard om-windsel van dakpansgewijze liggende aangedrukt blaadjes, sterben, Lijn - lancetvor-mig en spuckt zijn, de buitenste zijn Gezellige kruidachtig. De straalbloemen zijn lint-Vormig, vrouwelijk, roodachtig-lila von blauwachtig, bijna Dubbel zoolang als Het omwindsel, rechtopstaand, weinig La

• Bildanbieter: Central Historic Books / Alamy Stock Foto
• Bild-ID: PFMBPH
• Dateigröße: 7,2 MB (231,2 KB Komprimierter Download)
• Freigaben (Releases): Model - nein | Eigentum - nein
• Format: 1596 x 1566 px | 27 x 26,5 cm | 10,6 x 10,4 inches | 150dpi

Weitere Informationen

Dieses Bild ist ein gemeinfreies Bild. Dies bedeutet, dass entweder das Urheberrecht dafür abgelaufen ist oder der Inhaber des Bildes auf sein Urheberrecht verzichtet hat. Alamy berechnet Ihnen eine Gebühr für den Zugriff auf die hochauflösende Kopie des Bildes.

Dieses Bild kann kleinere Mängel aufweisen, da es sich um ein historisches Bild oder ein Reportagebild handel

. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 109. — COMPOSITAE. — 359. Erigeron acer Fig. 436. a een bloemhoofdje. M hoog, is sterk vertakt, De takken dragen ieder meest 1 iioofdje. Deze vormen samen een losse, onregelmatig scliermvormige pluim. De hoofdjes zijn vrij groot, zij hebben een bijna rolrond, zacht behaard om- windsel van dakpansgewijze liggende blaadjes, die aangedrukt, lijn-lancetvor- mig en spits zijn , de buitenste zijn geheel kruidachtig. De straalbloemen zijn lint- vormig, vrouwelijk, roodachtig-lila of blauwachtig, bijna dubbel zoolang als het omwindsel, rechtopstaand, weinig langer dan de schijfbloemen. Deze zijn rood- achtig, buisvormig, tweeslachtig. De haarkroon is wit of roodachtig (aan ge- droogde exemplaren steeds het laatste). ' De vruchtbodem is vlak en naakt. 1, 5-3 dM. O0 en 2.. Juni—September. De plant heeft een scherpen smaak. De variëteit /3. serótinus') Weihe bloeit in Augustus en September, wordt wel tot heeft soms gegolfde bladen en de straalbloemen zijn breeder en vrij wat langer dan de schijfbloemen, terwijl het vruchtpluis roodachtig is. Biologische bijzonderheden. Bij de tweeslachtige bloemen in het midden van het hoofdje is hier, zoowel als bij E. canadensis, de stijl aan de buiten- zijde van veegharen voorzien en gaan de stijltakken tegen het einde van den bloeitijd uitstaan, zoodat omtrent de bestuiving geldt, wat daaromtrent bij vorige geslachten is vermeld. Merkwaardig is nog, dat hier niet alleen de straalbloemen, doch ook de buitenste rijen schijfbloemen vrouwelijk zijn, zoodat alleen de middelste schijfbloemen stuifmeel bevatten. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in geheel Europa op onbebouwde plaatsen, aan dijken, wegen en op muren voor. Zij is bij ons vrij algemeen, vooral in de duinen, op zeeklei (in Zeeland vooral) en op lössgrond. De var. is niet zeker bij ons gevonden. E. canadensis -)L. Kanadeesche fijnstraal (fig. 437). Deze plant heeft een spilvormigen wortel en een stijf rechtopstaanden,

Stockbilder mithilfe von Tags suchen

• bookcentury1900
• bookdecade1900
• bücherunterlage
• buchkollektion